Tussen mens en markt: Karl Polanyi in tijden van crises

Vandaag herdenken we de 60ste sterfdag van Karl Polanyi. Tegelijkertijd vieren we deze maand ook de 80ste verjaardag van de publicatie van zijn invloedrijkste boek, ‘The Great Transformation’.

Jurgen Masure
5 min readApr 23, 2024

--

Wat als Karl Polanyi gelijk had en wij al die tijd hebben zitten slapen? Nu, midden in een tijdperk vol crises — klimaatverandering, sociale ongelijkheid, politieke instabiliteit — blijkt Polanyi’s werk relevanter dan ooit.

Zijn boek “The Great Transformation”, dat deze maand 80 jaar geleden verscheen, is niet enkel een historisch werk over de 19e eeuw; het is net een belangrijke handleiding voor deze uitdagende 21e eeuw.

Ongekend terrein

Want laten we eerlijk zijn, we snakken naar verandering. Polanyi, die vandaag op 23 april 1964 60 jaar geleden overleed, blijft nog uitdagen. Zijn belangrijkste stelling? De markt/economie moet de samenleving dienen, niet andersom.

Dit fundamentele idee lijkt zo vanzelfsprekend dat het bijna belachelijk is dat we eraan moeten worden herinnerd. Maar toch. Als je eens goed om je heen kijkt, dan begin je je toch vragen te stellen: wie dient wie in onze huidige economie? Dat lijkt misschien een idiote vraag, maar dat is het geenszins.

Omdat we momenteel de gevolgen van klimaatverandering zien, voelen en merken. Een recent rapport over klimaatverandering in Europa leest wederom als een dringende oproep tot actie. Volgens specialisten van Copernicus en de Wereld Meteorologische Organisatie (WMO) heeft het klimaat in 2023 een kritiek punt bereikt. Opnieuw.

De opwarming van het klimaat is zo snel toegenomen dat zelfs wetenschappers verrast zijn. We betreden nu ongekend terrein wat betreft klimaatverandering, wat nieuwe en grotere risico’s met zich meebrengt. Dan begin je je toch vragen te stellen. Daarom: Karl Polanyi.

Commodificatie

Zijn kerngedachte gaat als volgt. Polanyi had het destijds al over de commodificatie — de manier waarop alles een verhandelbaar werd — van alles wat los en vast zit: arbeid, land, geld. Alles werd een product, bedoeld voor winst, niet voor welzijn. Dit heeft geleid tot een moneymaking monster dat ons, onze planeet en biodiversiteit nog steeds in zijn greep houdt.

Dat doet hij door te kijken naar de bouwstenen van die markteconomie. Polanyi legt uit hoe mensen (als arbeiders), land (als handelswaar) en geld (doorheen speculatie) zijn veranderd in handelbare goederen. Deze commodificatie was echter nooit de bedoeling. Hij stelt dat deze commercialisering leidde tot de groei van het kapitalisme. Met uitwassen. Dit creëerde een tegenbeweging in de vorm van (massa)bewegingen.

Ongereguleerde markten zijn desastreus voor onze samenleving, waarschuwde Polanyi toen al, en tasten ze onze vrijheid sterk aan. Want alles wordt gereduceerd tot handelswaar die door de markt verhandeld kan worden.

Als gevolg daarvan worden sociale relaties, tradities, klimaat, biodiversiteit en het milieu ondergeschikt gemaakt aan de economische wet van de sterkst. Gevolg? Enerzijds een verlies aan autonomie en vrijheid voor het individu en de gemeenschap omdat men gedwongen wordt zich aan te passen aan de eisen van de markt om te overleven.

Al in 1944 waarschuwde voor de gevolgen van een ongebreidelde markt die onze vrijheid beperkt en de aarde uitput. Nu, tachtig jaar later, leven we in de realiteit die Polanyi vreesde.

Zijn waarschuwingen zijn niet aan dovemansoren gericht. De groei van extreemrechts, de afbrokkeling van sociale cohesie, de ecologische impact — het zijn symptomen van een economisch systeem dat ver haar boekje te buiten is gegaan. Polanyi zag het aankomen: ongereguleerde markten creëren chaos, geen orde.

Maar waar Polanyi vooral op hamerde, is dat er een tegenbeweging nodig is. Een beweging die niet terugvalt in protectionisme of isolationisme, zoals we nu alsmaar vaker aangevuurd zien door extreemrechts en autoritaire leiders, maar een die echt de kern van het probleem aanpakt: de markt zelf.

Tijd om los te koppelen

De oplossing ligt in wat hij “decommodificatie” noemde: het proces waarbij we essentiële zaken zoals land, arbeid en geld weer loskoppelen van de marktmechanismen. Dit vraagt om een radicale herziening van onze economische systemen, waarbij we moeten erkennen dat sommige zaken te belangrijk zijn om aan de markt over te laten.

En hier is waar het politieke systeem om de hoek komt kijken. Voor Polanyi stond hierin het primaat van de politiek centraal. Polanyi stelde niet voor om de markt volledig af te schaffen, maar om ze te hervormen, te humaniseren.

Maar dat kan alleen als politici de moed en visie hebben om economische structuren zo aan te passen dat ze de mens, dier en planeet dienen, niet andersom. En daar ontbreekt het dus nog wel wat aan. Zeker op een globaal niveau.

In Europa zien we aanzetten tot dergelijke veranderingen, met initiatieven die streven naar meer duurzaamheid en eerlijkere handel. Maar het gaat alsnog niet ver genoeg. We hebben een grotere, gedurfde visie nodig die verder kijkt dan nationale belangen of dan de electorale neus lang is.

Democratische vooruitgang

Polanyi laat ons zien dat als politiek goed wordt aangepakt, dit meestal leidt tot een bloeiende samenleving en economie. Vandaag de dag geldt dat nog steeds. Het laat ons zien dat we via politieke actie echt invloed kunnen uitoefenen op de economie en dat resultaten niet uitblijven.

Maar Polanyi gelooft niet dat er ooit een moment komt waarop we kunnen zeggen: “Zo, klaar!”. Voor hem behelst een democratische politiek meer een voortdurende inspanning om het bestuur binnen de economie steeds democratischer te maken. Polanyi droomde van een maatschappij waar economisch bestuur een gezamenlijke verantwoordelijkheid is, doordrongen van democratische waarden. Endus niet zit weggemoffeld in raden van bestuur, in handen is van een kruintje CEO’s, CFO’s en VC-investeerders

Polanyi hamerde erop dat het sociale aspect superbelangrijk is. Hij zei dat de markt echt wordt beïnvloed door alles om ons heen — onze politiek, de overheid, onze maatschappelijke normen en wat we gewend zijn in onze cultuur. In 1944 zette hij al vraagtekens bij de standaard economische systemen en nu, in 2024, lijkt dat nog steeds keihard nodig. Volgens Polanyi moet een economie niet alleen voor welvaart zorgen, maar ook het welzijn van de samenleving verbeteren. Op dat laatste punt, vooral sociaal en ecologisch, schieten we vandaag nog steeds veel tekort.

60 jaar, 80 jaar

Laten we dus niet alleen 60 jaar na zijn overlijden en 80 jaar na de publicatie, Polanyi’s impact herdenken, maar ook zijn ideeën vieren en vooral implementeren. Zijn filosofie van waarbij de economie een middel is, geen doel — verdient een centrale plaats in ons denken en handelen.

Deze crises vragen om meer dan kleine aanpassingen; ze vragen om een transformatie. Polanyi’s gedachtegoed biedt ons een kaart voor deze noodzakelijke reis. Het is tijd om die kaart te volgen, niet om haar opnieuw onder in de lade te leggen.

Geïnspireerd door Polanyi moeten we de moed vinden om onze economie te herzien, in plaats van door te ploeteren totdat we onze planeet, onze bossen, zeeën, koralen en rivieren onherstelbare schade hebben toegebracht.

We moeten een wereld creëren waar markt en economie ons dienen, in plaats van ons, de biodiversiteit en onze biosfeer te verslinden. Polanyi’s nalatenschap is meer dan een echo uit het verleden; het is een dringende oproep tot actie. Laten we luisteren, samenwerken, leren en handelen voordat het helemaal te laat is.

--

--